Demomaatregelen
Het landbouwlandschap in het West-Vlaamse hart kenmerkt zich door kleinere percelen en een sterke versnippering. Er zijn heel wat resthoekjes en moeilijk te bewerken percelen die voor de landbouwer weinig winst opleveren. Deze mozaïek zorgt voor een interessante leefomgeving voor heel wat diersoorten, maar kan nog flink wat opgewaardeerd worden. Op dergelijke locaties willen we maatregelen uittesten die een win-win nastreven voor zowel de landbouw, de natuur als de jacht.
Het gaat om in het inzaaien van stroken met meerjarige en éénjarige graskruidenmengsels, maar ook de aanleg van ganse restpercelen met kruiden, grassen en/of granen behoort tot de mogelijkheden. Deze zijn ideaal als voedsel, broed- en schuilplaats voor akkervogels zoals patrijs, graspieper, veldleeuwerik en gele kwikstaart. Daarnaast vormen de bloeiende kruiden ook een interessante nectarbron voor heel wat plaagbestrijders en bestuivers. Om de kievit meer kansen te geven om haar eieren uit te broeden stellen we voor om de bewerking uit te stellen totdat de kuikens zijn uitgekipt. In combinatie hiermee wordt ook een kuikenvluchtstrook aangelegd zodat ze zich kunnen verschuilen voor roofdieren en voedsel vinden.
Interesse?
Om mogelijke maatregelen uit te testen, hebben we uiteraard hulp nodig. Daarom zijn we op zoek naar landbouwers die bereid zijn om deel te nemen aan enkele van deze demomaatregelen tegen een vergoeding. Mogelijke maatregelen zijn bijvoorbeeld het inzaaien van een graankruidenmengsel voor patrijzen of een graskruidenrand ter bevordering van plaagbestrijders. Recent werd een provinciaal subsidiereglement goedgekeurd. Woon je in Ardooie, Meulebeke, Pittem, Staden of Wingene en heb je interesse voor één of meerdere maatregelen, neem gerust contact op via:
westvlaamsehart@west-vlaanderen.be!
westvlaamsehart@west-vlaanderen.be!
Driebandrand of -blok
Een driebandrand of -blok bestaat uit drie banden: één is een braakstrook, de andere twee banden worden ingezaaid met een meerjarig graskruidenmengsel en worden afwisselend gemaaid. Op die manier is er lage en hoge vegetatie, die ideaal is voor akkervogels zoals de patrijs of de graspieper. Ze vinden er voedsel, schuilplaats en broedgelegenheid. De kale bodem en de bloemen kunnen ook dienen als nestplaats en voedsel voor nuttige insecten zoals bijen en roofkevers. De grassen dienen als voedsel voor rupsen van graslandvlinders zoals het bruin zandoogje.
|
Patrijzenblok
Een patrijzenblok bestaat uit drie delen: een braakstrook en twee stukken die ingezaaid zijn met een meerjarig graankruidenmengsel, maar die elk één jaar en twee jaar blijven staan. Zo ontstaat er structuurvariatie en is er een gedeelte dat vooral dekking en een broedplaats biedt en een gedeelte dat regelmatig opnieuw in bloei en in zaad komt en als voedsel dient. De granen in het mengsel zorgen ervoor dat er extra voedsel is in de winter voor overwinterende akkervogels zoals patrijs en putter. De bloemen trekken nuttige insecten waarvan de larven als voedsel dienen voor de kuikens van akkervogels en helpen bij plaagbestrijding van schadelijke insecten.
|
Eénjarige graskruidenrand
Een éénjarige akkerrand bestaat uit één strook van een graskruidenmengsel dat zal uitgroeien in ijle vegetatie. Dit maakt het goed doorwandelbaar voor vogels en hun kuikens. Het kan ook als broedplaats fungeren voor veldleeuwerik en gele kwikstaart. Het biedt daarnaast dekking in een pas geoogst landschap. De bloeiende kruiden zijn een interessante nectarbron voor heel wat plaagbestrijders en bestuivers. Het feit dat de rand maar één jaar hoeft aangehouden te worden, maakt het ook interessant voor landbouwers die aan teeltrotatie moeten doen en waarbij het behouden van een meerjarige rand op dezelfde locatie niet mogelijk is.
|
Uitgesteld bewerken van akkerland en kuikenvluchtstrook
Het uitgesteld bewerken van akkerland geeft kievit en scholekster de kans om hun nest uit te broeden. Vaak zit kievit of scholekster net op eieren wanneer het land wordt ingezaaid en verder bewerkt. Gezien deze eieren zeer moeilijk te zien zijn, worden ze ingeploegd. Als we de bewerking kunnen uitstellen, hebben de kuikens kans om uit te komen en zich uit de voeten te maken. De combinatie met een kuikenvluchtstrook verhoogt kuikenoverleving omdat ze hierin kunnen wegvluchten van machines en roofdieren en ook voedsel kunnen vinden. Het uitstellen van bewerking heeft de bodem ook rust en kan bijdragen tot een verbeterd bodemleven. Daarbovenop vermijdt dit dat houtduiven massaal op de kiemplanten afkomen op een moment dat in de wijde omgeving weinig voedsel beschikbaar is en kan een latere inzaai dus een betere oogst opleveren.
|